Holmer veegde de laatste kruimels van zijn snorharen en zuchtte tevreden. De lunch was heerlijk: een boterham met notenpasta, een pakje appelsap, en een klein stukje chocolade als toetje. Maar nu was het tijd voor avontuur!
Hij vouwde zijn kleedje op, klopte het gras eraf en stopte het terug in zijn rugzakje. Hij wilde niet dat het vies werd tijdens zijn volgende missie: een bezoek aan het spookhuis.
Holmer keek om zich heen. Al die paadjes ook. Hij pakte de plattegrond tevoorschijn en had de goede route al snel gevonden. Trippel, trippel, trippel. Op zijn kleine pootjes ging hij aan de wandel. En even later zag hij waar hij naar op zoek was, verscholen achter een rij hoge bomen, stond een mysterieus gebouw.
Het Spookhuis.
Holmer voelde zijn hartje sneller kloppen. Hij was een moedige holmarmot, maar dit spookhuis zag er best wel spannend uit. De ramen waren verduisterd, de deur piepte en af en toe klonk er een schelle lach van binnenuit.
“Toch maar doen”, mompelde hij tegen zichzelf.
Met Knuffel in zijn armen stapte hij vastberaden naar binnen. Meteen sloeg de deur achter hem dicht met een harde KLAP! Holmer sprong op. Het was vast een truc, toch? Of misschien ook niet…
Voorzichtig liep hij verder. De gangen waren smal en donker, met spinnenwebben in de hoeken en schilderijen waarvan de ogen hem leken te volgen. Plotseling hoorde hij een raar geschuifel achter zich.
“H-hallo?” vroeg hij met een trillende stem.
Geen antwoord.
Holmer slikte en liep verder. Er klonken voetstappen. Snel draaide hij zich om, maar er was niemand. Alleen een lange gang met deuren die langzaam open en dicht bewogen.
Hij verzamelde al zijn moed en liep een grote kamer binnen. Er stond een lange tafel, gedekt met zilveren borden en vergane kaarsen. Holmer wilde net verder lopen toen een kastdeur piepend openzwaaide.
Uit de kast kwam een klein, bleek figuurtje tevoorschijn. Holmer verstijfde. Wat was dit? Een echt spook?

Het wezentje keek hem aan met grote, droevige ogen. “B-boe?” fluisterde het zacht.
Holmer ontspande zich. Dit spookje zag er helemaal niet eng uit! “Hallo daar,” zei hij. “Ik ben Holmer.”
Het spookje zweefde een stukje dichterbij. “Ik ben Fladder. Niemand blijft ooit lang genoeg om met mij te praten.”
Holmer glimlachte. “Nou, dan ben ik de eerste. Wil je me het huis laten zien?”
Fladder veerde op van blijdschap en wenkte Holmer. “Kom mee, ik laat je alles zien!” Met een vrolijk zweefje gleed het spookje door een smalle gang, waar schilderijen hingen van strenge mensen met donkere ogen. “Kijk,” fluisterde Fladder, “als je goed oplet, knipogen ze soms.” Holmer fronste en tuurde naar de schilderijen. Op dat moment kneep één van de figuren een oog dicht! Holmer hapte naar adem, maar toen Fladder giechelde, kon hij niet anders dan meelachen.
Ze kwamen bij een grote, oude boekenkast. “Dit is een van mijn favoriete plekken,” zei Fladder trots. Het spookje zweefde naar een versleten boek met de titel Geesten & Geheimen en trok eraan. Met een zachte klik draaide de hele kast langzaam open. Holmer sprong opzij. “Een geheime doorgang!” riep hij enthousiast. Ze stapten door de nauwe opening en kwamen in een verborgen kamer vol oude spullen: vergulde spiegels, een verkruimelend dagboek en een muziekdoosje dat zachtjes speelde toen Holmer het openmaakte. “Hier liggen allemaal dingen die mensen ooit zijn vergeten,” fluisterde Fladder.
“En nu,” zei Fladder geheimzinnig, “nu moet je de kelder zien.” Het spookje leidde Holmer naar een krakende trap die steil naar beneden liep. De lucht werd kouder en rook naar vocht en oude stenen. Holmer rilde, maar liep dapper verder. Beneden brandden een paar flakkerende kaarsen in roestige kandelaars. In de hoek stond een grote houten kist met roestige sloten. “Sommigen zeggen dat er een schat in zit,” fluisterde Fladder, “maar niemand heeft hem ooit open gekregen.” Holmer voelde aan het slot, maar het zat muurvast. “Misschien een avontuur voor een andere keer,” grinnikte hij..
Toen hij weer buiten stond, zwaaide Fladder hem na. Holmer wist één ding zeker: het engste deel van het spookhuis was gewoon het idee ervan. En soms, als je dapper genoeg bent om door te zetten, vind je de leukste verrassingen. Dit was het mooiste spookhuis ooit!

